De overheid wil kinderen online beschermen tegen de risico’s van de digitale wereld. Dit is een gezamenlijke opgave, waarbij actieve bijdragen van wetenschappers, bedrijven, overheden, ouders, scholen en kinderen essentieel zijn. Om dit te bereiken neemt het Kabinet verschillende maatregelen. In deze kamerbrief van 14 juli 2023 staat wat er al wordt gedaan en wat de nieuwe plannen zijn. De kernpunten van de huidige maatregelen zijn:
- Kinderrechten borgen in gehele levenscyclus van online producten en diensten
Bedrijven die online producten en diensten voor kinderen ontwerpen en implementeren hebben een belangrijke verantwoordelijkheid om kinderrechten in hun producten en diensten te borgen. De huidige aanpak is onder meer gericht op het reguleren van bedrijven via Europese wetgeving. - Media-opvoeding, jongeren weerbaar maken en mediawijsheid
Media-opvoeding speelt een belangrijke rol in het tegengaan van ongewenste effecten van digitale diensten of producten. Jeugdgezondheidsprofessionals kunnen ouders informeren over verantwoord schermgebruik, wat schermgebruik doet met de ontwikkeling van een kind en ze hierover adviseren. Ook is het van belang om kinderen weerbaar en wegwijs te maken in de digitale wereld. Netwerk Mediawijsheid helpt kinderen hierbij. Vanuit het ministerie van OCW wordt daartoe het Netwerk Mediawijsheid ondersteund. - Aanpak mentale gezondheid
Jongeren moeten mediawijs worden en blijven. Hierbij wordt ingezet op bewustwording over de digitale balans en hoe deze kan worden behouden. Kinderen en ouders moeten de kansen en gevaren van de online leefwereld beter herkennen. En eventuele mentale ondersteuning moet beter aansluit bij de online leefwereld van jongeren. - Mediawet en Nederlandse Reclame Code
De Mediawet beschermt kinderen tegen de confrontatie met schadelijke audiovisuele content via bijvoorbeeld videoplatforms of sociale media. Deze wet verbiedt het tonen van schadelijke content voor bepaalde leeftijdscategorieën. Ook in het Internationale Verdrag inzake de rechten van het kind van de VN is een bepaling opgenomen (art. 17) die aangeeft dat kinderen beschermd moeten worden tegen schadelijke content. - (Inter-)nationale samenwerking
Normering en kaderstelling waarmee we de online rechten van kinderen willen waarborgen, werkt alleen als we samen met (mede)overheden op Europees en internationaal niveau grensoverschrijdende afspraken maken.
Nieuwe maatregelen
In aanvulling op huidige aanpak worden er extra maatregelen genomen. De focus ligt op het verder reguleren van aanbieders, het ondersteunen van ouders/opvoeders en scholen, het versterken van toezicht en het verbinden van de bestaande meldpunten aan een op te richten landelijk expertisecentrum.
- Verder reguleren van aanbieders
Goede systemen voor leeftijdsverificatie is van groot belang. Met adequate leeftijdsverificatiesystemen wordt voorkomen dat kinderen in aanraking komen met voor hen schadelijke content, dat hun persoonlijke gegevens verzameld worden en dat zij geprofileerd worden. Daarom wordt gewerkt aan de totstandkoming van goede leeftijdsverificatiesystemen. Tegelijkertijd werkt het kabinet aan versterking van het toezicht.
Online privacy en economische exploitatie
Zoals hierboven gesteld, kan adequate leeftijdsverificatie een belangrijke oplossing vormen in het tegengaan van de verwerking van persoonsgegevens van minderjarigen. Maar niet alleen foutieve leeftijdsverificatie zet de privacy van kinderen onder druk, sommige ouders zijn er zelf ook schuldig aan. Een voorbeeld zijn de onlinevlogfamilies waarbij gezinnen hun leven intensief online delen. Een belangrijk deel van deze snel opkomende vormen van kinderarbeid onttrekt zich nu aan de geldende wet– en regelgeving voor kinderarbeid en het toezicht daarop.
Aanpak online reclame
De staatssecretaris van Cultuur en Media is met het Commissariaat voor de Media in gesprek over de invloed van influencers en de versterking van het toezicht op dit punt. Ook moet het toezicht op en de handhaving van de naleving worden vergemakkelijkt. - Ondersteunen van ouders/opvoeders en scholen
Er komt een meerjarige publiekscommunicatie. Hierbij krijgen ouders en kinderen inzicht hoe je een goede digitale gezondheid bereikt en wat de effecten van langdurig onlinegebruik zijn. Hierin worden ook desinformatie en bewustwording van gegevensverwerking door apps meegenomen.
Onderzoek toont aan dat niet-educatief gebruik van mobiele telefoons de concentratie en betrokkenheid van leerlingen negatief beïnvloedt. Mobiele telefoons zijn daarom per 1 januari 2024 niet toegestaan in de klas, tenzij ze educatief worden gebruikt in de les. Deze afspraak geldt voor het voortgezet onderwijs, maar het basisonderwijs pakt deze afspraak ook op. - Versterken van toezicht
Als het gaat om toezicht op kinderrechten in relatie tot digitalisering schiet regelgeving soms tekort. Zo houdt het Commissariaat voor de Media momenteel alleen toezicht op uploaders met meer dan 500.000 volgers. En ook veel influencers houden zich momenteel niet aan de regels. Specifiek ten aanzien van de bescherming van persoonsgegevens van kinderen wordt gekeken naar de mogelijkheid van een kinderautoriteit persoonsgegevens of een specifieke afdeling binnen de Autoriteit Persoonsgegevens (AP). Deze moet de verwerking van persoonsgegevens van minderjarigen en de online privacy van minderjarigen verder versterken. - Verbinding van meldpunten aan een landelijk expertisecentrum
Er zijn verschillende instituten die onderzoek doen naar problemen van minderjarigen in de digitale wereld, zoals het Trimbos Instituut en verschillende universiteiten. Helaas wordt de bestaande expertise en kennis onvoldoende gedeeld en benut. Daarom wordt een landelijk expertisecentrum digitalisering en gezondheid opgericht. In het expertisecentrum zal gezamenlijk worden gewerkt aan de gedeelde missie: de realisatie van een samenleving die digitaal in balans is.