Steeds meer agrarisch ondernemers willen hun bedrijf uitbreiden met een multifunctionele landbouwactiviteit, zoals kinderopvang of verblijfsrecreatie. Daarvoor moeten ze eerst een aanvraag- en vergunningenprocedure doorlopen. Naast de branche-specifieke regelgeving moeten zij voldoen aan verschillende wetten en regels op zowel agrarisch als ruimtelijk gebied.
Ze krijgen tijdens deze klantreis te maken met verschillende overheidsinstanties die de naleving controleren en vergunningen verstrekken. Ondernemers ervaren in dit proces meerdere knelpunten. Deze problemen hebben te maken met regeldruk, en wordt in praktijk vooral ervaren in (te) lange doorlooptijden, ingewikkelde procedures en onduidelijke communicatie.
Inzichten uit onderzoek onder ondernemers
Er zijn diverse signalen afgegeven over de belemmeringen die agrarisch ondernemers ervaren als zij een nevenactiviteit willen starten. Wat speelt er exact bij ondernemers die een multifunctionele landbouwactiviteit starten? Tegen welke problemen lopen zij aan en hoe ervaren zij dit proces? Om antwoord te krijgen op deze vragen voerde team Levensgebeurtenissen vanuit KVK een kwalitatief klantreisonderzoek uit waarin de ervaringen van deze groep ondernemers zijn opgetekend. Er is gesproken met ondernemers die recent, zo’n 2 tot 3 jaar geleden, gestart zijn.
Doel
Het onderzoek heeft 2 doelen:
- Inzicht krijgen in de knelpunten die ondernemers ervaren bij opzetten van een multifunctionele landbouwactiviteit.
- Inzicht krijgen in de rol van wetten en regels bij opzetten van een multifunctionele landbouwactiviteit en op welke wijze ondernemers regeldruk ervaren.
Er zijn verschillende redenen waarom ondernemers een nevenactiviteit willen starten. Ze willen nieuwe toekomstperspectieven voor het bedrijf creëren, meer mogelijkheden voor ontplooiing voor meerdere gezinsleden bieden binnen het familiebedrijf, en de lokale gemeenschap meer betrekken bij het boerenbedrijf waar zij zo trots op zijn.
Fasering
Uit interviews met ondernemers blijkt dat ze de volgende stappen doorlopen bij het starten van een nevenactiviteit:
- Nadenken over de toekomst van het (familie)bedrijf;
- Verdiepen & verkennen van alles wat er bij zo’n nieuwe activiteit komt kijken. Wat zijn de organisatorische en wettelijke vereisten en hoe ziet de business case er uit?;
- Vergunning aanvragen. Inclusief eventuele wijziging van het bestemmingsplan en mogelijke financiering;
- Bouwen aan bedrijf, zowel letterlijk als in figuurlijke zin;
- Inspectie door de (lokale) overheid, met name bij kinderopvang;
- De eerste klanten ontvangen;
- Het bedrijf runnen. In deze fase dienen zich ook nieuwe toekomstvragen aan.
Ervaringen van agrarische ondernemers bij het starten van een nevenactiviteit
Onder respondenten is begrip en acceptatie van het feit dat er regels zijn waaraan ze moeten voldoen bij het starten van een nevenactiviteit, zoals kinderopvang. Toch ervaren ondernemers problemen met de toetsing van die regels. De regels zijn vaak onduidelijk en er wordt te veel detail gevraagd. Experts van uitvoerende organisaties geven aan dit te herkennen. Ook voelen ondernemers zich vaak niet persoonlijk gehoord en kunnen zij niet zelf regie voeren op het proces. De vergunningsprocedures zijn zo complex dat ondernemers hulp nodig hebben van een adviesbureau. Of specifieke kennis extern moet inkopen, omdat het anders niet lukt om aan de informatieplicht te kunnen voldoen. Dit leidt tot vertraging en extra – vaak onvoorziene – kosten, die soms wel oplopen tot meer dan 5 jaar en duizenden tot tienduizenden euro’s.
Knelpunten
Ondernemers die een multifunctionele landbouwactiviteit willen starten ervaren verschillende knelpunten, waarvan de volgende als belangrijkste worden aangegeven:
- Vergunningstraject duurt lang;
- Gebrek aan transparantie over status en voortgang van de vergunningsaanvraag;
- Gebrek aan begrijpelijke communicatie vanuit overheden;
- Ondernemers in het buitengebied voelen zich niet gezien bij het realiseren van lokale gemeentelijke opgaves, bijvoorbeeld om voldoende kinderopvang te realiseren;
- Te lange duur van het (GGD-) inspectietraject.
Oplossingen voor ondernemers die een multifunctionele landbouwactiviteit starten
De resultaten van het onderzoek onder ondernemers zijn besproken in een workshop met de begeleidende werkgroep.
Oplossingsrichtingen
De volgende oplossingsrichtingen zijn bepaald:
- Hoe kunnen we inzicht krijgen waar en hoe de duur van het vergunningentraject kan worden ingekort?
- Hoe kunnen we zorgen dat het kennisniveau binnen de gemeente omhoog gaat? En zij daarmee beter in staat is dienstverlening te bieden die aansluit bij behoefte van agrarische ondernemers?
- Hoe kunnen we het vergunningentraject (visueel) inzichtelijk maken voor de ondernemer?
- Hoe kunnen we de oorzaken van knellende regeldruk binnen de overheid in kaart brengen?
De oplossingsrichtingen zijn nog niet vertaald naar concrete oplossingen en het benoemen van eigenaarschap, wie wat op gaat pakken. Daar zijn vervolgacties voor nodig. Het is aan te bevelen dat deze oplossingen getoetst en gevalideerd worden met ondernemers zelf. Dit om te komen tot oplossingen die een positief effect hebben op en merkbare verbetering opleveren voor ondernemers. De implementatie van verbeteracties wordt gecoördineerd door de ministeries van LNV en EZK.
Werkwijze en betrokken organisaties
Onderzoek heeft plaatsgevonden volgens de methodiek van Aanpak Levensgebeurtenissen. Daarbij is gewerkt volgens de werkwijze klantreizen van KVK. Het onderzoek is begeleid door een werkgroep waarin zowel overheden als vertegenwoordigers van het werkveld betrokken zijn.
Samenwerken aan oplossingen voor agrarisch ondernemers die een multifunctionele landbouwactiviteit starten
De betrokken organisaties hebben samengewerkt volgens de klantreismethodiek. Die methodiek brengt het ervaringsproces van de klantgroep in kaart, via een eenvoudige weergave van de stappen die een bepaalde klantgroep zet rondom een bepaalde (levens)gebeurtenis. Het geeft ook de context en de emotie van de klant weer.
Een werkgroep heeft de klantreis stap voor stap in beeld gebracht. Vanuit interpretatie van hun observaties zijn de kansenrichtingen in beeld gebracht.
Om tot een volledig beeld te komen zijn de volgende stappen doorlopen:
- Bepalen van de juiste scope, het afbakenen van het onderzoeksgebied;
- Bepalen van respondenten en vragenlijst voor kwalitatief onderzoek;
- Interviews met 11 ondernemers;
- Verschillende expertinterviews met specialisten uit het werkveld;
- In kaart brengen van de huidige klantreis gedrag en beleving van de ondernemers;
- Het optekenen van de klantreis;
- Interpretatie van resultaten in een HKW- (Hoe Kunnen We?) sessie met de werkgroep;
- Definiëren van aandachtsgebieden en oplossingsrichtingen door de werkgroep.
Betrokken organisaties
- Ministerie van Economische Zaken & Klimaat (EZK) (opdrachtgever)
- Ministerie van Landbouw, Natuur & Voedselkwaliteit (LNV) (opdrachtgever)
- Kamer van Koophandel (KVK), programmateam Levensgebeurtenissen (opdrachtnemer)
- Land- en Tuinbouw Organisatie Nederland (LTO) (werkgroep)
- Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) (werkgroep)
- Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) (werkgroep)
- Verenigde Agrarische Kinderopvang (VAK)
- In het Groen/VEKABO
- GGD Gelderland Midden
- Provincies
- Gemeenten
Contact
Heb je vragen over dit klantreisonderzoek? Neem dan contact op met het Levensgebeurtenissen-team van KVK via levensgebeurtenissen@kvk.nl.
Bijbehorend onderzoek
Onderzoeksrapport Belemmeringen bij het starten van een multifunctionele landbouwactiviteit (pdf, 4,2 MB). Rapport over knelpunten die agrarische ondernemers ervaren als zij een nevenactiviteit naast hun boerenbedrijf willen starten.