Op 23 maart is een nieuwe versie van het European Interoperability Framework (EIF) gepubliceerd.
Wat is EIF?
De EU-lidstaten bieden hun overheidsdiensten steeds meer digitaal aan. Het is nog niet altijd eenvoudig voor burgers en bedrijven om die diensten te gebruiken, zeker over de grenzen van landen en inhoudelijke domeinen heen. EIF helpt lidstaten om hun diensten zo te ontwerpen dat ze even goed bruikbaar zijn buiten als binnen de grenzen van het eigen domein en land.
Als lidstaten zich aan de aanbevelingen houden gaan de administratieve lasten omlaag: zaken als het aanvragen van certificaten, belastingaangifte en het aanmelden voor diensten kosten minder tijd en energie.
Vernieuwingen
De aanbevelingen van het bestaande Framework zijn vernieuwd en aangevuld, zodat ze rekening houden met alle Europese richtlijnen en initiatieven van de laatste jaren. Extra aandacht is besteed aan de vraag hoe je deze aanbevelingen in de praktijk kunt invullen met bestaande, concrete oplossingen. Een aantal nieuwe aanbevelingen leggen nieuwe nadruk op openheid, informatiemanagement, gegevensoverdraagbaarheid, de governance van interoperabiliteit en het geïntegreerd aanbieden van diensten.
EIF en NORA

Voor interoperabiliteit is het belangrijk dat afspraken gemaakt worden op alle niveaus: wat je afspreekt binnen een organisatie moet in lijn zijn met je afspraken binnen de keten, het domein en de bestuurslaag waar je deel van uit maakt. En nationale afspraken moeten in lijn zijn met internationale. Het EIF onderkent daarom National Interoperability Frameworks (NIF’s) en Domain Interoperability Frameworks (DIF’s). Een voorbeeld van een DIF is het eHealth Interoperability Framework.
Voor Nederland is NORA het NIF. EIF vormt dus de gedeelde kern tussen de diverse nationale overheden en de grensoverschrijdende domeinen, zoals NORA dat doet tussen de diverse bestuurslagen en domeinen in Nederland.