Onderzoek van CBS/Eurostat toont aan dat 83% van de Nederlanders tussen 16 en 75 jaar ten minste digitale basisvaardigheden heeft. Hiermee is Nederland in 2023 koploper van de Europese Unie. Twee jaar geleden was dit 79% en deelden we de eerste plaats met Finland.
Digitale vaardigheden, het bekwaam zijn in internet-, computer- en softwaregebruik, zijn toegenomen onder mensen van 12 jaar of ouder. Nederland heeft het Europese doel uit de Digital Decade voor 2030 nu al bereikt. In dat jaar moet 80% van de EU-bevolking ten minste over digitale basisvaardigheden beschikken. De vaardigheden worden vastgesteld aan de hand van het aantal gerapporteerde activiteiten op 5 gebieden: informatie en digitale geletterdheid, online communicatie, computers en online diensten, privacybescherming en softwaregebruik. Op de Eurostat-website is het complete onderzoek te lezen.
Ruimte voor verbetering
Ondanks dit resultaat valt er nog veel te doen. In recent onderzoek van de Universiteit Twente komt naar voren dat internet een belangrijke bron van ongelijkheid is. Ouderen, laaggeletterden en mensen met een lager inkomen profiteren minder van de mogelijkheden die de online wereld te bieden heeft en zijn minder in staat eventuele gevaren af te wenden. Daarom blijft de overheid investeren in laagdrempelige hulp en ondersteuning. Zo groeit het aandeel digicursussen en kunnen burgers met vragen terecht bij de Informatiepunten Digitale Overheid en de gratis DigiHulplijn. Het programma Digitaal Burgerschap van de KB ontwikkelt aanbod voor kritische digitale vaardigheden, zoals het herkennen van nepnieuws en oplichting.