De gemeenten Woerden en Waddinxveen zijn positief over de Monitor Doelgerichte Digitalisering (MDD). Met de tool krijgen gemeenten een overzicht van waar ze staan als het gaat om hun digitale dienstverlening. Twee vertegenwoordigers van de gemeenten delen hun praktijkervaringen in het interview ‘Stand van zaken digitalisering’.
Digitale volwassenheid
De MDD is door VNG en KING ontwikkeld om gemeenten inzicht te geven in de voortgang op de gezamenlijk digitale ambities. Deze gezamenlijke gedefinieerde ambities zijn vastgelegd in de Digitale Agenda 2020. De Monitor Doelgerichte Digitalisering laat gemeenten zien hoe ver de gemeente is met de implementatie van landelijke voorzieningen. Het geeft weer hoe ‘volwassen’ de digitale dienstverlening is en hoe het staat met de informatievoorziening.
Een tastbaar instrument
De gemeenten Woerden en Waddinxveen zijn enthousiast. Hans Harskamp, senior IT-specialist bij de gemeente Woerden: “Mijn bestuur en directie willen weten hoe het gaat met onze digitale dienstverlening en nu kan ik iets tastbaars laten zien waaruit direct blijkt hoe we het doen. Het laat ook zien waar we staan ten opzichte van andere gemeenten en die combinatie vind ik heel positief. Voorheen moest ik zelf alle gegevens bij elkaar sprokkelen, nu heb ik een tastbaar instrument dat ik elke drie maanden krijg”. Het helpt de gemeente ook om inzicht te krijgen in wat er nog niet is, wat nog moet komen en hoe dit kan worden gerealiseerd: “Met de monitor kunnen we concreet laten zien wat bijvoorbeeld een landelijke trend is en, als we hier in achterlopen, bespreken wat het de gemeente waard is om hier op aan te haken”.
Ook de gemeente Waddinxveen maakt gebruikt van de monitor. John Pape, informatiemanager bij deze gemeente: “Het geeft heel inzichtelijk in kleuren weer hoe we er als gemeente voor staan. Daardoor kan ik snel het gesprek hier intern aan gaan.”
De monitor maakt digitale dienstverlening op een laagdrempelige manier inzichtelijk ook voor de niet-IT’ers binnen de gemeente, concluderen Harskamp en Pape. Harskamp: “De directie vroeg mij waar ze de monitor zelf kunnen vinden, zodat ze niet hoeven te wachten op de informatievoorziening vanuit IT. Ze willen zelf bijblijven”.
