Eind november 2023 is de Architectuur Digitale Overheid 2030 gepubliceerd en door het Overheidsbreed Beleidsoverleg Digitale Overheid (OBDO) als werkdocument vastgesteld. Het stuk geeft invulling en richting aan de gewenste architectuur van de digitale overheid. Guido Bayens, onafhankelijk voorzitter van de Architectuurraad Digitale Overheid, geeft uitleg. “Dit document slaat een brug tussen bestuurders en beleidsmakers aan de ene kant, en architecten, ontwerpers en leveranciers aan de andere kant.”
Bayens: “Met het document Architectuur Digitale Overheid 2030 willen we toewerken naar 1 overheid. Voor uiteindelijk een betere dienstverlening aan burgers en ondernemers, en betere onderlinge samenwerking van overheidsorganisaties met minder versnippering.”
De architectuur is bedoeld om samenhang aan te brengen en zo het toekomstbeeld van de digitale overheid vorm te geven, vertelt Bayens. “Die digitale overheid is omvangrijk. Er zijn verschillende onderdelen, afspraken en standaarden die je nodig hebt om een samenhangende digitale overheid tot stand te brengen. Deze architectuur legt een basis onder alle wensen met betrekking tot het functioneren van de digitale overheid. Het moet zó zijn ingericht, dat de dienstverlening daar goed mee kan werken. Het is de vloer waarop je de digitale overheid gaat bouwen.”
Bestemmingsplan
Bayens maakt het concreter. “Vergelijk het document met een bestemmingsplan van een nieuwbouwwijk. Je maakt eerst een overzicht van huizen, scholen en winkels. Pas daarna zorg je ervoor dat elk object goed ontworpen wordt en in het grotere geheel past. Dit document verbindt dat bestemmingsplan-idee aan de ene kant, met een meer gedetailleerde architectuur en de ontwerper aan de andere kant.”
Het stuk omschrijft zich als ‘kader voor vernieuwingsactiviteiten’. Wat betekent dat? “We hebben het aangedurfd om te denken vanuit een complete digitale overheid met een goede onderlinge samenhang tussen allerlei aspecten die daarin een rol spelen. Daarbij zagen we dat er nog best een aantal bouwstenen, onderdelen, ontbreekt. Die hebben we ook benoemd; de onderstreepte stukjes tekst in het document.” Bayens vergelijkt het met een legpuzzel: “We hebben geïdentificeerd welke bouwstenen nog gemaakt moeten worden. En waar mogelijk hebben we ervoor gekozen moderne oplossingen door te zetten. Bijvoorbeeld door aandacht te besteden aan werken in de cloud of het gebruik van ‘smart assets’: onze gemalen, bruggen, sluizen en sensoren. Ook die maken deel uit van de digitale overheid.”
Behoefte
Hij stelt dat er grote behoefte was aan een dergelijk document. “Juist bij mensen die bezig zijn met de verdere ontwikkeling van het idee van de digitale overheid. Het slaat namelijk een brug tussen beleid en bestuur aan de ene kant, en professionals – de architecten, project- en programmamanagers, ontwerpers en leveranciers – aan de andere kant. In het verleden werd toch vaak gezegd: ‘Ze begrijpen elkaar niet.’ De taal van bestuurders is een andere dan die van architecten en ICT’ers.”
Wat zijn de reacties op het document? “Ze lopen uiteen van: ‘Fijn dat dit er is, want het helpt om heldere keuzes te maken. Namelijk: welke afspraken en standaarden gaan we voortaan toepassen om meer samenhang te bereiken? Welke gemeenschappelijke voorzieningen willen we inzetten?’ En er zijn ook meer kritische uitlatingen: ‘Dit is nog geen uitgewerkte architectuur.’ Dan is mijn antwoord: ‘Dat klopt’. Het document wordt dit jaar verder uitgewerkt in werkgroepen om architecten en ontwerpers meer in de diepte te kunnen bedienen. Zo kunnen zij de gemaakte keuzes vertalen naar concrete oplossingen. Maar daarvoor hadden we eerst een overkoepelend beeld nodig, zodat we er zeker van zijn dat die verdiepingen ook onderling op de juiste manier met elkaar samenhangen.”
Uniforme werking
De afgelopen tijd kreeg de Architectuurraad Digitale Overheid veel vragen over de verhouding tussen deze architectuur en bijvoorbeeld die van het Rijk. Bayens licht die verhouding toe: “Dit document is op basis van interbestuurlijke samenwerking tot stand gekomen. Het Rijk, gemeenten, provincies, waterschappen en de grote uitvoeringsorganisaties zijn allemaal betrokken. Dat betekent dat het een uniforme werking moet hebben naar al die verschillende bestuurslagen. We moeten naar een consistent geheel toegroeien.”
Oproep
Het jaartal 2030 is niet toevallig gekozen, vertelt Bayens. “2030 is ver genoeg om organisaties de gelegenheid te geven mee te bewegen in de richting die we in het document beschrijven. Er zijn al veel bouwstenen die invulling geven aan het idee van de digitale overheid, zoals overheid.nl, MijnOverheid, DigiD en eHerkenning. We doen dan ook een oproep aan organisaties om ze te gaan gebruiken. Want er zijn nog best veel organisaties die hiervoor eigen voorzieningen hebben of nog ontwikkelen. Het gebruik van gemeenschappelijke bouwstenen bespaart kosten en bevordert de interoperabiliteit sterk, zoals de uitwisselbaarheid van gegevens. Zo werken we stap voor stap toe naar 1 overheid, met die goede dienstverlening aan burgers en ondernemers.”
Bekijk de meest actuele versie van de Architectuur Digitale Overheid 2030. Heb je vragen, toelichtingen of suggesties? Deel ze via postbus.pgdi@minbzk.nl